Gevoel als gave

Staat het in de krant, op TT, in de bladen of op internet? Post het HIER!

Moderator: mods

Plaats reactie
Gebruikersavatar
999
Berichten: 58890
Lid geworden op: do sep 25, 2003 6:53 pm

Gevoel als gave

Bericht door 999 » za dec 15, 2007 11:38 am

Hij is de man die als geen ander kon spelen met ruimte. Zijn blik was altijd naar voren gericht. Een balletje in de breedte zag hij als een zonde. Wim Jonk liet zien hoe mooi de rol van aangever kan zijn. De huidige PSV-trainer Jan Wouters moest zelfs voor hem wijken. Achter het snel opgeplakte etiket van pragmatische Volendammer schuilt een onversneden gevoelsmens. Het werd zijn kompas in het leven. Waar en wanneer hij ook voor het blok stond; hij volgde zijn intuïtie. Die gave maakt hem geestelijk onafhankelijk. Toen de club uit zijn dorp vorig seizoen een loopje met hem nam, trok Jonk resoluut zijn conclusies. Ajax legde hem gelijk vast als techniektrainer. De voormalige meester van het middenveld – met twee Europa Cups achter zijn naam – mag nu proberen de hedendaagse toptalenten bij te slijpen. „Een situatie inschatten; dát is gevoel.”


GEVOEL ALS GAVE

„Ik zie veel goede spelers, maar wat hebben ze nou met elkaar?”

VOLENDAM, zaterdag

Wie praat over het bijna buitenaardse doelpuntenscala van Dennis Bergkamp, komt na de eerste komma al uit bij Wim Jonk. Ze studeerden de perfecte pas de deux in. Waar zie je ze nog, de in goud gegoten treffers zoals die ooit werden gemaakt tegen Vitesse? Bergkamp rafelde de achterhoede uiteen, Jonk had het al gezien. Bergkamp nam de bal in de lucht aan en besloot er instinctief met dezelfde rechtervoet een subtiele lob op te laten volgen. De hele tijd was er geen contact met de grond. Jonk, veertien jaar later: „Dat was wel apart, ja.”

„Ik had dat later bij PSV ook met Ronaldo en Luc Nilis. Omdat je heel erg gericht bent op elkaar. Tegenwoordig mis ik dat vaak. Ik zie veel goede spelers, maar wat hebben ze nou met elkaar? Zoiets heeft vooral met gevoel te maken. Meer met gevoel dan met training. Het ontstaat. Ronaldo hield niet van sprints over zeventig meter. Je moet dus goed kijken en dan ineens, boem, weg. Dan was het klaar.”

„Een spits moet ruimte creëren voor zichzelf, maar in die ruimte moet hij bovendien op tijd weg zijn.

Dennis kon dat als geen ander. Wanneer de tegenpartij nog bezig was aan te vallen, ging hij al op zoek. Hij had het vermogen een verdediging compleet te verrassen. Hij wist ook dat ik niet in tikjes breed dacht, maar altijd vooruit. En dat die bal er dan razendsnel lag, zodra ik de kans had. Ik wilde het liefst zo snel mogelijk naar het doel. Maar in het team werden die ruimtes ook gecreëerd voor ons. Het spel van achteruit was er puur op gebaseerd om mij vrij te krijgen. Daar werkten we hard aan.”

De komst van assistent Louis van Gaal in september 1991 was een zegen voor de gave technicus, die meestal als schaduwspits had moeten opereren. „Louis zei meteen al tegen me: ‘Als ik trainer ben, speel je altijd.’ Ik vind het belangrijk wat voor gevoel iemand je geeft. Ik kan uren tegen iemand aanpraten, maar het gaat erom dat hij naar huis rijdt en onderweg denkt: ’Hier kan ik wat mee’. Het moet geen proces van de trainer worden, maar van de spelers. Zíj moeten het gaan voelen. Dat was de enorme kracht van Louis. Wij gingen echt beseffen hoe we elkaars kwaliteiten konden benutten.”

Zijn oude coach indachtig probeert Jonk nu zelf de juiste snaar te raken bij de A- en B-junioren van Ajax. In samenspraak met de trainers op De Toekomst worden de toptalenten er dinsdag en donderdag uitgepikt. Simon Tahamata is de andere techniektrainer. „Hij is meer van het kappen en draaien; de pure technische vormen. Dat kan Simon als de beste. Maar hij doet vooral de grotere groepen, ik richt me meer op het individu.”

„Opeens verlies je alles. Zeg het maar…”

Hij lijkt nog steeds op de voetballer Wim Jonk. Pezig lichaam. Geen grammetje te veel. „Ik ben intensief bezig met de jongens, leg er veel van mezelf in. Ik moet ze af en toe misschien wat meer rust gunnen. Maar ik zie zóveel leuke aspecten, omdat ik op de intuïtie van een speler zit. Je observeert hoe snel hij op aanwijzingen reageert, wanneer hij het gaat zien en voelen. En dat is leuk. Daar ga ik in mee.

Ik vind het prachtig om oefeningen voor te doen. Dan krijg je er zelf ook een gevoel bij. Ballen mogen best op de golfbaan verderop belanden, als ze het maar doen. En durven.”

„Ik kan honderdduizend dingen aandragen, maar ze moeten het zelf oppakken. Waar het in alle linies om gaat: hoe creëer je ruimte? Zodra je meer ruimte hebt, heb je ook meer tijd. Een situatie inschatten; dát is gevoel. Ik heb dat zelf ook ontwikkeld, doordat ik verschillende centrale posities bekleedde. Dan ga je op zoek naar ruimte; verder kijken dan de eerste twee spelers. Maar bij Ajax kreeg ik na verloop van tijd met een vaste man te maken. Moest ik daar weer iets op verzinnen, beter mijn momenten kiezen. Ik had een goede pass. Die moet je wel kwijt.”

Jonk was ook de specialist van het afstandschot. In de UEFA Cupfinale van 1992 tegen Torino opende hij de score met een verraderlijke zwabberbal, zo leek het. „Maar daar zaten heel wat trainingsuurtjes in. Ik pakte de ballenzak en ging schieten, op alle mogelijke manieren. Laag, hoog, hard, met een curve. Ook hierbij gaat het om het creëren van een gevoel; kijken wat er gebeurt met die bal.”

Op het trainingsveld van Ajax haalt hij dat voorbeeld wel eens aan. „Speel ik de bal naar een spelertje toe en zeg: schiet maar op doel. ’Huh?’ Halen ze meestal gewoon hard uit. Van een meter of 25, op de bekende manier. Dan vraag ik wat zijn gedachte is op dat moment. Alleen hard schieten? Je kunt ’m ook plaatsen, richting geven met je wreef of de binnenkant. Spelers komen vaak in zulke situaties terecht. Dan is het echt een kwestie van oefenen. Het komt je niet aanwaaien.”

De beste Volendammers werken nu bij Ajax. Arnold en Gerrie Mühren en Wim Kwakman gingen Jonk voor. Wonen in het vissersdorp blijft heilig, er werken niet. Dat is vreemd, zeker als het gaat om Jonk. Na zijn afscheid als speler van Sheffield Wednesday werd hij omarmd door FC Volendam, de club die was afgezakt naar de eerste divisie. Een paar dagen rondsnuffelen mondde uit in een energieverslindende werkweek. Dat alles op een vrijwillige basis. Jonk zat eerst in de technische commissie en werd daarna bestuurslid technische zaken. Zou een goede leerschool zijn, dacht hij.

Totdat er in april van dit jaar werd vergaderd over de benoeming van een nieuwe technisch manager. Jonk moest de bijeenkomst eerder verlaten en vernam naderhand dat er gesprekken waren gevoerd met een kandidaat zonder dat hij op de hoogte was. „In die vier, vijf jaar dat ik hier rondliep, stuitte ik steeds op allerlei dingetjes. We hadden mogelijkheden, maar ik vroeg me af of we zo wel konden doorgroeien? Je ontmoet mensen die ook een inbreng hebben, maar heel anders denken. En dat gaat botsen. Bij voetbal hoort een stuk emotie. Mensen bemoeien zich graag ergens mee. Is ook normaal, maar hoe ver ga je daarin? Sommige dingen zag ik aankomen. Ik vroeg me wel vaker af: moet ik het nou nóg een keer uitleggen? Op die manier maak je geen stappen.”

„Ik was een voorstander van dat model met een technisch manager, ook omdat ik zelf de voeling met het veld wilde houden. Maar dan moet het wel iemand zijn die bepaalde eigenschappen bezit waar de club verder mee komt. Ik lanceerde een aantal namen. Mannen met een netwerk, daar werd je sterker van. Bovendien mocht het niet ten koste gaan van andere zaken, zoals de scouting of opleiding. Een club als Volendam kan het geld namelijk maar één keer uitgeven. Maar er gebeurden dingen die mij niet bevielen. Ik wist waar het op uit zou draaien. Apen hoef je niet te leren klimmen.”

„Dennis wist dat ik niet in tikjes breed dacht, maar altijd vooruit”

„Voor mij was er simpelweg geen basis meer om verder te gaan. Dan ben ik gelukkig onafhankelijk, maar ik vond het wel vervelend. Ik was ergens aan begonnen, had mensen binnengehaald. Er groeide iets en dat wilde ik stapsgewijs uitbouwen. Ik stopte er mijn ziel en zaligheid in. Met mijn eigen carrière was ik helemaal niet bezig.”

Ook als bestuurslid keek hij niet opzij, maar vooruit. Hij zocht de kortste weg naar het doel. Op het moment dat hem de pas werd afgesneden, hield Jonk de eer aan zichzelf. Achteraf ontdekte hij dat het een goede beslissing is geweest. Hij had al de nodige klappen gehad en kon het gedoe missen als kiespijn. Vier jaar geleden verloor hij zijn vader, gevolgd door zijn moeder en tot slot zijn beste vriend.

Zijn vader zat in de vis en was een werkpaard. Op een dag viel hij er letterlijk bij neer. Jonk had net een huis voor hem gekocht, op de Dijk. Het was de droom van zijn vader geweest om nog eens aan het water te wonen. Zijn moeder overleed na een twijfelachtige behandeling in het ziekenhuis. „Daar heb ik het moeilijk mee. Ze was 69. Het hoefde niet. Dat blijft je achtervolgen.”

Rob de Jong, de voormalige elftalbegeleider van Volendam, die als een tweede vader voor hem was, kreeg enkele maanden geleden een hartstilstand. „Het komt op je pad. Rob liep mijn hele carrière met me mee. Altijd in de buurt.

Ook over Volendam hebben we lange gesprekken gevoerd. Hij kon me stimuleren om door te zetten, maar zag uiteindelijk ook dat de emmer vol was. Fantastische vent. En opeens verlies je alles. Zeg het maar…”

De dood relativeert het leven. Daarom vindt Jonk het ook prima om voorlopig twee dagen per week bij Ajax te werken en in Volendam het elftal van zijn zoon te trainen. „Dit past bij me, zeker na alles wat ik emotioneel gezien voor mijn kiezen heb gekregen. Daar wordt vaak overheen gestapt, zo van: hup, het treintje rolt weer. Maar ik was er op een gegeven moment zeven dagen per week mee bezig. Dat gaat ten koste van andere zaken en ik merkte dat het niet goed was. Je voelt je eigen lijf. Ik loop er niet mee te koop, maar zo is het wel. Een ander doet het niet voor je, dus heb ik mezelf tot rust gemaand. Die geestelijke onafhankelijkheid had ik al, maar het is door alle gebeurtenissen nog sterker ontwikkeld.”

„Ik ben een gevoelsmens, zeker. Weinig mensen kennen je goed en toch plakken ze er gauw een etiket op. Ik heb geleerd daarmee om te gaan. Je moet niet te snel oordelen, anders worden mensen gemakkelijk beschadigd. Ik zie het overal om me heen. Jammer. Ik stak er nooit veel energie in om het te begrijpen. Als ik zelf maar een goed gevoel heb bij de mensen die mij nodig hebben. Dat is het allerbelangrijkste.”
De T.

joey
Erelid
Berichten: 94218
Lid geworden op: ma sep 01, 2003 2:29 pm
Locatie: Amsterdam

Bericht door joey » za dec 15, 2007 11:56 am

Interessant interview. Wim Jonk zegt veel zinnige dingen. Ik ben het er zeker mee eens dat voetbal te maken heeft met durven. Plichtmatigheid is een groot probleem binnen de opleiding van Ajax.
Het stinkt aan alle kanten!

Gebruikersavatar
Nihad
Berichten: 13356
Lid geworden op: wo sep 24, 2003 3:59 pm
Locatie: Den Haag

Bericht door Nihad » za dec 15, 2007 7:09 pm

Dag ligt natuurlijk ingebakken in het systeem dat ze leren, waar de spelertjes alleen maar taken moeten uitvoeren en denken in patronen en lijnen.
“Please do not call me arrogant because what I say is true. I think I’m a special one.”

Gebruikersavatar
999
Berichten: 58890
Lid geworden op: do sep 25, 2003 6:53 pm

Bericht door 999 » za dec 15, 2007 10:30 pm

Lijkt me meer dan logisch.

Plaats reactie