www.depers.nlSpaarvarkens gaan kapot
Door: Thijs Zonneveld
De transfermarkt in wielerland is officieel geopend. En het draait, nog meer dan in andere jaren, maar om één ding: geld.
Er sneuvelen deze weken overal spaarvarkentjes in wielerland. De transfermarkt is geopend en de managers van wielerploegen zijn gedwongen om hun portemonnee om te keren. Niet alleen voor goede renners, maar vooral voor de punten die ze met zich mee brengen. En punten kosten geld.
Het zit zo. Om zeker te zijn van een plekje in de World Tour – de Champions League van het wielrennen – heb je een licentie nodig. Die worden door de internationale wielerbond UCI uitgedeeld aan de achttien teams die voldoen aan ethische, financiële, administratieve en sportieve eisen.
Daarvan is de laatste eigenlijk het belangrijkste. Om ploegen met elkaar te vergelijken, heeft de UCI een puntensysteem ontwikkeld. Iedere renner heeft een zogenoemde Riders Value. De punten van de vijftien beste renners van een team worden bij elkaar opgeteld en je kunt alle teams met elkaar vergelijken. Klinkt hartstikke simpel, handig en verstandig. Maar dat is het niet.
Allereerst is het volkomen ridicuul dat de ranglijst met rennerswaarden geheim is. De UCI wil niet dat renners met hun score in de hand met ploegen onderhandelen, maar het resultaat is dat niemand precies weet hoe het ervoor staat. Er zijn wielerploegen die wiskundigen hebben ingehuurd om berekeningen te maken – je moet je beleid toch ergens op baseren. Rabobank-manager Harold Knebel: ‘Vooral voor potentiële nieuwe sponsors is zo’n onduidelijk sys-teem heel slecht. Je steekt je geld niet in de wielersport als je niet precies weet wat je terugkrijgt.’ Vacansoleil-manager Daan Luijkx: ‘Bijna niemand weet waar hij staat, ook al omdat de transfers pas vanaf 1 augustus officieel worden. Vorig jaar wisten we pas na de transferperiode waar we stonden. Dat bleek hoog genoeg te zijn voor een World Tour-licentie. Ook dit jaar houden we er rekening mee in ons transferbeleid. Kenny van Hummel is een heel goede sprinter die elk jaar vijf koersen wint, maar hij neemt bovendien een hoop punten mee. Volgens onze berekeningen staat hij bij de beste veertig renners van de wereld.’
Het kromme van het systeem is dat bijna alle punten zijn gekoppeld aan de individuele renner. Als hij naar een andere ploeg vertrekt, kan zijn oude ploeg fluiten naar de punten. Zonder financiële compensatie, want wielrennen kent geen transfersommen. Jonathan Vaughters, de baas van het Amerikaanse Garmin-Cervélo: ‘Stel dat je het hele jaar met je hele team hebt gereden voor een kopman die allerlei koersen heeft gewonnen. Als hij vertrekt, dan ben je alles kwijt. Wat heeft teamwork dan nog voor een zin? Misschien kan die ene knecht beter voor zichzelf gaan rijden – wie weet wat een paar punten waard zijn voor een ander team. En waarom zou ik nog renners opleiden als ik weet dat ze worden weggekocht op het moment dat ze goed gaan presteren?’
Het nieuwe systeem heeft een wedloop ontlokt tussen de ploegen die concurreren voor een plekje in de World Tour. Dat was al het geval voor de licenties voor het wielerjaar 2011; voor die van volgend jaar is de concurrentie alleen maar toegenomen. Er jaagt een horde ploegen op een World Tour-licentie: vrijwel alle Franse teams, het Nederlandse Skil-Shimano, maar ook een Australisch project met de naam GreenEdge. Die ploeg bestaat nu nog niet, maar ze hebben de markt opgeblazen door overal renners met een hoge Riders Value vandaan te willen halen voor een smak geld. Harold Knebel: ‘Je kunt je als ploeg in de World Tour kopen. Kijk maar naar wat Leopard-Trek vorig jaar gedaan heeft. Die kochten overal renners vandaan en stonden aan het begin van het seizoen boven aan de ranking, terwijl ze nog geen wedstrijd hadden gereden.’
Spuit
Bovendien past de individuele barometer niet in het anti-dopingbeleid dat de UCI op alle andere vlakken uitdraagt. Sommige renners zijn bereid om naar de spuit te grijpen als ze er een hogere financiële beloning voor kunnen krijgen – meer punten betekent een betere onderhandelingspositie. Knebel: ‘Het risico op dopinggebruik wordt verhoogd door dit systeem.’
De ploegen hebben er sinds de invoering van het systeem op aangedrongen om een compromis te sluiten. Voorbeeld: de renner neemt de helft van zijn punten mee als hij vertrekt. Maar de UCI wil er niets van weten. Kritiek is verboden, grote aanpassingen worden niet gedaan. Het systeem blijft het systeem. En dus zit er voor veel ploegen niets anders op dan hun spaarvarkentjes stuk te slaan.
Bizar systeem inderdaad.